zondag 23 februari 2014

Barkschip Cornelia 1856

ADVERTENTIËN. PUBLIEKE VEBKOOPING TE KATWIJK AAN ZEE OM CONTANT GELD. MEIJMËR & Co., Cargadoors te Amsterdam, als lasthebbenden van Kapitein J.H. BELL, gevoerd hebbende het Engelsche Barkschip Cornelia, vun Moulmain naar Amsterdam gedestineerd geweest, doch op 19 januarij ll  ten Westen van Noordwijk gestrand, presenteren op Maandag den 28sten Januarij e. k., des Morgens ten 12 Ure, te Katwijk, ten overstaan van den aldaar residerenden Notaris, Publiek te Verkoopen: 20 Stuks meerendeels nieuwe ZEILEN , ANKERS, ANKERKETTINGEN , LIEREN en een STUURRAD , SCHEEPSKLOK. SCHEEPSBOOTEN; eene aanzienlijke Partij gekapt STAAND en LOOPEND TOUWWERK, een CHRONOMETER (welke te bezigtigen is bij den Heer A. HOHWii, Oude Schans , te Amsterdam) en hetgeen verder gepresenteerd zal worden, en eindelijk het Kopervast Gekoperd HOL of CASCO van voornoemd Barkschip, met inhebbende Lading RIJST , enz., zoodanig als het ten Westen van Noordwijk is zittende. Nadere informatiën zijn op Franco aanvrage te bekomen bij de voornoemde Cargadoors MEIJER & C°. (1259) ZEGT HET VOORT.

donderdag 20 februari 2014

Brikschip Gravin Plater


On écrit de Noordwyk-sur-Mer, que dans l'aprèsmidi du 4 de ce mois, y a échoué le brick Gratin Plater, capitaine F. M. La Mort, chargé de sucre, café, bois de teinture, cuirs et ivoire, venant d» Rio-Janeiro et destiné pour Hambourg. Le capitaine et les hommes de l'équipage, au nombre de neuf, ont élé tous heureusement ramenés à terre, par les barques de sauvetage de Noordwyk et de Katwyk , appartenant à la sociéiê pour les naufragés des deux provinces de la Hollande.
Vers le même temps, un koff, qu'on croit êlré le Cornelia, capitaine de Grool, chargé de houille el allant de Leith à Dordreeht, a échoué à peu près au même endroit. Le capitaine, sa femme et trois matelots ont élé sauvés par les barques de sauve» lage de ces deux villages; un quatrième matelot étant tombé dans l'eau, avant l'arrivée des barques, a élé noyé. C'est ainsi qu'on est redevable aux institutions de la société de sauvetage d'avoir conservé , dans cette circonstance, la vie à quinze personnes qui seraient infailliblement devenues la proie des flots. D'après le Journal de Leide , M. G. B. Steenstra , 2° lieutenant à la 3' division de cuirassiers en garnison à Leide, mais qui le 4 se trouvait à Noordwyk, a beaucoup contribué à sauver la vie aux cinq derniers naufragés. Jusqu'à deux fois et malgré la mer houleuse, ce brave officier aeu le courage de nager avec son cheval vers le vaisseau „ naufragé. La deuxième fois il a cherché du rivage et apporté aux naufragés , une corde dont ceux-ci avaient absolument besoin pour descendre de la quille du navire où ils étaient montés, et où ils sa trouvaient dans le danger ie plus imminent, dansla barque qui était venue à leur secours.
NEDERLANDEN.
NOORDWIJK, den 4 November. Heden middag ten half twee ure, is alhier gestrand een brikschip, genaamd Gravin Plater, kapitein Franciscus Maria La Mort, komende van Rio Janeiro , beladen met Suiker, Koffij , Verwhout, Huiden en Elpenbeen , en gedestineerd naar Hamburg. De kapitein en zijne geheele ekwipaadje, bestaande uit negen personen, zijn door de Reddingbooten van Noordwyk en Katwijk aan Zee, aldaar van wege de Noord- en Zuid-Hollandsche Redding - Maatschappy geplaatst, gelukkig gered.
KATWIJK AAN ZEE, den 4 November. Behalve het brikschip de Gravin Plater, is sedert nog gestrand een kofschip, waarschynlijk de Cornelia, kapitein de Groot. komende van Leith, beladen met Steenkolen en gedestineerd naar Dordrecht. De kapitein , zyne vrouw en drie manschappen zijn gelukkig gered door de Noordwijksche en Katwijksche booten der Noord- en Zuid-Hollandsche Redding - Maatschappij; een matroos is vóór dien tijd, in het hol des gebroken schips gevallen en verdronken. Zoo dat, byaldien deze Booten niet aanwezig en hulpvaardig geweest waren, vijftien menschen, onvermijdelijk eene prooije der golven zouden zijn geworden
Leeuwarder Courant, 08-11-1833.
Het bericht werd al eerder bij Stranddingen vertoond., samen met de stranding van de Cornelia!  Met ook nog de heldhaftige redding door tweede Luitenant G.B. Steenstra, 3e afdeling kurassier in garnizoen  te Leiden.
Uit Noordwijk aan Zee wordt gemeld, dat op den middag van den 4 November 1833 aldaar gestrand is, het brikschip Gravin Plater, kapitein F. M. la Mort, geladen met suiker, koffij, verwhout, huiden en elpenbeen, komende van Rio Janeiro en naar Hamburg bestemd. De kapitein en zijne manschap , die uit negen koppen bestond, zijn door de Noordwijksche en Katwijksche booten van de Noord- en Zuid Hollandsche redding-maatschappij gelukkig allen aan wal gebragt. Omtreeks tegelijker tijd is een kofschip, waarschijnlijk de Cornelia, kapitein de Groot , met steenkolen geladen en van Leith naar Dordrecht bestemd , nagenoeg op dezelfde hoogte , gestrand. De kapitein, zijne vrouw en drie matrozen zijn door de reddingbooten der beide genoemde dorpen behouden aan wal gebragt; zijnde een vierde matroos voor dien tijd in het hol van het reeds vol water geloopen schip gevallen en verdronken. Aan de inrigtingen der redding-maatschappij heeft men dus in dit geval het levensbehoud van vijftien menschen te danken, die anders waarschijnlijk eene prooi der golven waren geworden
Volgens een berigt in de Leydsche Courant, heeft de heer G. B. Steenstra, 2'de luitenant bij de derde afdeeling kurassiers, die te Leyden in bezetting ligt, doch zich den 4 aan het zeestrand bij Noordwijk bevond, tot de redding der vijf laatstgenoemde schipbreukelingen veel bijgedragen ; hebbende deze menschenvriend den moed gehad, om tot twee malentoe, in weerwil der hooge zee, met zijn paard naar het wrak te zwemmen, én de laatste maal een tros touw van den wal gehaald en overgebragt, dien de schipbreukelingen volstrekt noodig hadden , om zich van de kiel van het schip , waarop zij geklommen waren en in het nijpendst gevaar verkeerden, in de tot hunne hulp toegesnelde boot neder te kunnen laten.
Middelburgsche Courant, 09-11-1833.
Volgens nader ingewonnen officiële berigten van hetgeen omtrent het te Noordwijk gestrande schip Cornelia geschied is , zoo kunnen wij bij deze mededeelen , dat ook de manschappen van de Noordwijksche en Katwijksche reddings-booten hun leven stoutmoedig gewaagd hebben , en de menschlievende pogingen derzelver zeer te roemen zijn; daar zij, niettegenstaande de hevige en zware branding en reeds drijvende wrakken van het strandend schip, zich met eigen levensgevaar, naar hetzelve begeven en de manschappen gered hebben, welke ontwijfelbaar, zender deze hulp zouden zijn omgekomen.
Zelfs in de Surinaamsche Courant aan het eind van diezelfde maand november 1833 doet verslag over deze gebeurtenissen .

Nog een melding uit de Morning Post :

vrijdag 14 februari 2014

dinsdag 11 februari 2014

Blog Opgevist

Vandaag treft u bij "Stranddingen"een gejut stuk aan. Gevonden op het wijde web in de Blog "Mijn Noordwijkse Afkomst" en met vreugde aan u doorgegeven: Noordwijk, boten en bootslui.....wat kan een mens zich nog meer wensen! Veel plezier met het lezen!
Op'vist, aflevering 763. Waar zijn die andere 762 gebleven en wie spreekt een woord van bewondering voor de schrijver van zoveel moois! Het is prachtig geweest allemaal en heel erg bedankt. Als voorloper van alle Noordwijkse Bloggers komt hem de eretitel Vader der Noordwijkse Bloggers toe. Dat wil Afkomst toch wel even gezegd hebben. Dank dus!
Verder met de Johanna Jacoba; een zeillogger van reder van Beelen die met Johanna Jacoba Marbus was gehuwd. Hier al eerder ten toneele verschenen. De mannen die op de foto uit begin jaren 20 van de vorige eeuw staan zijn waarschijnlijk van links naar rechts: Janus van Duin, Jan Duijndam, Arie Plug, Kees Duijndam, Leen Hazenoot, Arie van der Niet, Dirk Duindam, Arie Duijndam de schipper, daaronder Jaap van der Niet de persoon geheel rechts is niet bekend. Voor de bijnamen van alle genoemde personen moet u zich maar even gaan verdiepen in het boek van Ton Meijer, "Noordwijkers bij naam en toenaam"......er is vast nog wel aan een exemplaar te komen!